Je mag homo zijn. Maar ik wil je niet zien zoenen.

Jongeren zijn zich de laatste jaren veel minder afwijzend en negatief gaan gedragen ten opzichte van homo’s, lesbiennes en biseksuelen. Maar nog steeds is er geen sprake van volledige acceptatie.  Dat schrijft Trouw, op basis van een rapport van het SCP. Het gaat wat dat betreft dus de goede kant op met ons land. Maar we zijn er nog niet.

Terwijl IS, niet eens zo heel ver hiervandaan, homo’s van flats gooit, denken hier steeds minder jongvolwassenen negatief over homo- en biseksualiteit. Als mensen ‘uit de kast komen,’ dan reageert de omgeving meestal positief. Toch ervaren ‘anders geaarden’ nog altijd meer problemen dan hetero’s. “Het is pijnlijk om te zien hoe slecht veel LHBT-jongeren in hun vel zitten,” zegt COC voorzitter Tanja Ineke. En zo is het maar net.

In Oss proberen we werk te maken van de acceptatie van ‘anders geaarden’. Homoseksueel, lesbisch, biseksueel of transgender, je hoort volledig te worden geaccepteerd. En dat zonder mitsen en maren. Steeds meer mensen spreken zich op die manier uit. En geven zo het goede voorbeeld. Bijvoorbeeld via de site www.zodoenwedatinoss.nl. Maar ook binnen het onderwijs wordt steeds meer aandacht gegeven aan dit thema. En wordt (homo)seksualiteit steeds beter bespreekbaar.

Oss is een zogenaamde regenbooggemeente. Dat wil zeggen dat we ons extra inspannen om de acceptatie van LHBT’s te vergroten. En dat we daar ook middelen voor uittrekken. Voor de verkiezingen hebben alle lijsttrekkers van de Osse politieke partijen het zogenaamde roze stembusakkoord getekend. Dat is heel mooi. We gaan ons de komende periode extra richten op een veilig sportklimaat en voorlichting binnen het onderwijs. Bovendien hoop ik dat ik het thema regionaal op de agenda kan krijgen. Het gaat de goede kant op in ons land. En heel zeker ook in Oss. Maar we zijn er nog niet. Acceptatie verdient nog steeds onze aandacht. Daar zijn we het raadsbreed over eens.