Slachtoffer zijn is een momentopname, geen voortdurende toestand

Posted on 31 mei 2015

1


“Wilt u mij verdomme geen slachtoffer noemen?” Dat zegt de zwaar mishandelde en verkrachte Suzanne Preusker tegen haar interviewer in Trouw. “Slachtoffer zijn is een momentopname, geen voortdurende toestand. Als ik nu nog slachtoffer ben, na zes jaar, dan heb ik verloren. En dat wil ik absoluut niet.”

Het is een indrukwekkend verhaal van een indrukwekkende vrouw. “Ik was op het moment dat hij het mes tegen mijn keel zette slachtoffer, ja. Die zeven uur dat ik in zijn macht was, ja. De volgende dag misschien ook nog. En heel misschien een week later nog.” Daarna begon voor Preusker het verwerken. “Ik heb het niet uitgezocht en ik heb het niet vrijwillig gekozen. Ik heb mijzelf helemaal opnieuw moeten uitvinden.”

Het verwerken was zwaar, heel zwaar. En de littekens bleven aanwezig en voelbaar. Maar op de een of andere manier ging het langzaam beter. Inmiddels zijn er dagen dat ze niet meer aan de gruwelijkheden denkt. “Mijn oude leven is kapot. Maar ik heb ook geluk gehad. Ik ben er nog. En ik heb geluk met mijn man, vrienden en therapeut. En ook wel met mezelf. Want zelfmedelijden is niks voor mij.”

“Wilt u mij verdomme geen slachtoffer noemen?” Die woorden raken me. Misschien is haar reactie een beetje vergelijkbaar met de woorden van een man uit een verhaal van een therapeut die ik ooit sprak. “Ik bén geen autist! Ik héb alleen een diagnose.” Volgens Preusker heb je altijd een keuze, wat je voorgeschiedenis ook is. Ik denk dat ze daar gelijk in heeft. Je bent je voorgeschiedenis of handicap niet. Je hebt er wel mee te leven. En soms is dat al zwaar genoeg.

Posted in: Uncategorized