Hoe meer taken de rijksoverheid overdraagt aan de gemeente, hoe meer ze zich zal bemoeien met hoe deze worden uitgevoerd. Dat zegt hoogleraar Paul Frissen. “De geschiedenis leert dat decentralisatie leidt tot meer controle, toezicht, rapportages en monitors.” Ik vrees dat hij gelijk heeft….
Ooit wilden we de decentralisaties omdat het allemaal een beetje te duur en veel te ingewikkeld is geworden. Het moest eenvoudiger, dichter bij de burger, met minder bureaucratie en met meer aandacht voor de eigen kracht. Op die manier zou het ook goedkoper moeten kunnen. Meer maatwerk dus. En wat meer zelfredzaamheid. Niet langer zou het recht op een voorziening centraal moeten staan, maar de oplossing van een probleem.
In principe zijn de decentralisaties een goed idee. De zorg wòrdt ook te versnipperd aangeboden. (Gezinnen met meer dan tien hulpverleners zijn geen grote uitzondering). Er ìs ook teveel bureaucratie. (Hoeveel uren per dag mag een professional bezig zijn met administreren?) En we gáán ook teveel uit van risicobeheersing. (Aan kunnen tonen dat er in juridische zin geen fouten zijn gemaakt is iets anders dan goede zorg leveren.) Door de decentralisaties worden gemeenten verantwoordelijk voor de centen en het beleid. Met de gemeente als regisseur zou het dus beter moeten kunnen.
Loslaten is moeilijk. Volgens Frissen heeft de rijksoverheid een onbedwingbare behoefte aan informatie. En hij heeft gelijk. Frissen: “Daarom zal ze willen weten hoe de gemeenten de overgehevelde taken zullen uitvoeren. Er zijn alleen al 15 monitoren in voorbereiding om de decentralisaties in de gaten te houden.” Bovendien komt er minder geld beschikbaar. En zal de overheid tot op de eurocent nauwkeurig willen weten waar het geld aan wordt besteed. Tot zover de illusie van de verminderde bureaucratie.
Een van de belangrijkste pijlers onder de decentralisatie is het leveren van maatwerk. Want geen mens is gelijk en geen situatie is gelijk. Het kan dus niet anders of er ontstaan verschillen. Een eenzame weduwnaar met een been heeft misschien behoefte aan een maaltijd in een verzorgingshuis. En een jonge vrouw met vier kinderen en maar een been, heeft behoefte aan een verbouwing van haar keuken. Het is maar de vraag of die verschillen door het rijk geaccepteerd gaan worden.
Ook zullen gemeenten verschillende keuzes maken. Frissen: “Wanneer je bijvoorbeeld de thuiszorg decentraliseert, krijgt iemand in Groningen andere thuiszorg dan iemand in Maastricht. Je kunt er vergif op innemen dat er Kamervragen komen. Dan moet je een minister hebben die zegt: dat klopt en dat was juist de bedoeling. En die ministers hebben we niet zoveel.” De decentralisaties zijn een zware opgave. Gemeenten hebben tijd, geld, en bewegingsruimte nodig. Tijd hebben we niet. En of er genoeg geld beschikbaar is, dat is de vraag. Laat ons dan alsjeblieft bewegingsruimte. Dank U.
alfons prinssen
18 juli 2014
Zelfs die bewegingsruimte durven gemeenten niet te nemen. Maatwerk, nee dat kennen we niet, alleen onzinnige regels. Ach en aan het eind van het jaar houden we 9 miljoen over.
Peter Westen
25 juli 2014
Met de schuldhulpverlening, sinds 2 jaar de verantwoordelijkheid van gemeenten is er alle vrijheid, geen doelen, geen nulmeting, geen resultaten, geen monitoring, geen toezicht, geen gemeenteraad met interesse voor gemeenschappelijke regelingen, geen controle, geen effectmeting en geen betrouwbare resultaatsverantwoording. Dalende oplossingen en stijgende virtuele slagingspercentages.Best practices die navolging verdienen.